Toen ik 30 jaar geleden als diabetesverpleegkundige begon te werken was het nog gebruikelijk om diabetes in te delen in type 1 en type 2. Waarbij type 2 gelijk stond aan ouderdomsdiabetes. Inmiddels weten we dat het type 2 steeds meer op jonge leeftijd voorkomt. Zelf ben ik daarom twee soorten diabetes type 2 gaan onderscheiden.

De verschillen tussen de twee hoofdvarianten leg ik uit met Laurel en Hardy als voorbeeld. Als dit duo namelijk allebei type 2 gehad zou hebben, dan zou Laurel (de dunne) ouderdomsdiabetes gehad hebben en Hardy (de dikke) overgewichtdiabetes. Beide zouden ze te hoge bloedsuikerwaarden gehad hebben maar de oorzaak is duidelijk anders. 

Diabetes type 2: twee soorten

Bij Laurel, waarbij geen sprake is van een hoge buikomvang, zou de diabetes pas op hogere leeftijd ontstaan zijn. In ieder geval na zijn 70e. De B-cellen in de alvleesklier die insuline moeten maken, zijn oud geworden en werken daardoor minder goed. Er is dus een te kort aan insuline. 

Bij Hardy, waarbij sprake is van een hoge buikomvang, is geen sprake van een tekort aan insuline op moment dat hij diabetes kreeg. Bij overgewicht kan eigenlijk geen tekort aan insuline bestaan omdat je bij een tekort aan insuline namelijk afvalt. Er is sprake van insulineresistentie als oorzaak van verhoogde bloedsuikers. 

Insulineresistentie

Bij insulineresistentie als oorzaak van verhoogde bloedsuikers is eerder sprake van te véél insuline. De insuline in het lichaam kan zijn werking niet goed doen. Bij insulineresistentie zitten de ‘sleutelgaten’ ofwel insulinereceptoren,  verstopt met andere ‘sleutels’ dan insuline. Deze andere sleutels zijn bijvoorbeeld stresshormonen als adrenaline en cortisol. Maar ook medicijnen als prednison en statines kunnen dit doen. Kenmerkend is dat zodra je bij type 2 met insulinetherapie gaat starten, je vanaf die tijd een paar kilo in gewicht aankomt waardoor nóg meer sleutelgaten dicht gaan zitten.

Slimmer is het dan om te zorgen die sleutelgaten weer open gaan en dat lukt door af te vallen en bewegen. Afvallen is haast onmogelijk bij veel insuline. Daarom is het slim om minder koolhydraten te eten. De bloedsuikerwaarden dalen en er zijn minder medicijnen/insuline nodig. 

Minder koolhydraten

Hier is natuurlijk begeleiding bij nodig omdat het niet altijd direct omkeerbaar is. Soms duurt het langer en er zijn valkuilen.  Maar mijn doel is geen insuline als er sprake is van insulineresistentie.

Ook bij Laurel is het slimmer om minder koolhydraten te eten omdat de overgebleven B-cellen het dan makkelijker redden.

Heb je dan geen koolhydraten nodig? Daar wil ik volgende keer op in gaan. Lees meer over het nut van een koolhydraatarm dieet bij diabetes type 2. Meer van Harriët Verkoelen weten? Bezoek haar website!

Misschien interesseert dit je ook?

Blijf op de hoogte via onze nieuwsbrief!